Bewustzijn

Deze hele website gaat over kwantumfysica maar ook over de relatie van kwantumfysica met bewustzijn. De onmiddellijke vraag van velen zal zijn naar de aard van het verband tussen die twee. Een ook vaker gestelde vraag is of de kwantumfysica aantoont dat het bewustzijn onafhankelijk bestaat van uw fysieke brein. Dat is een vraag van groot belang en heeft veel te maken met de angst voor de dood. Die vraag wil ik beantwoorden als de fysicus die ik ben. Voordat ik die poging doe wil ik eerst een tekst uit het voorwoord van ‘Existential Physics‘ van de fysica Sabine Hossenfelder aanhalen.

“Mag ik U iets vragen?” vroeg een jongeman toen hij hoorde dat ik een natuurkundige was. “Over kwantumfysica,” voegde hij er bedeesd aan toe. Ik  stond al klaar om over het meetprobleem in de kwantumfysica uit te wijden, maar ik was niet voorbereid op de vraag die volgde: “Een sjamaan vertelde me dat mijn grootmoeder nog leeft. Vanwege kwantumfysica. Alleen niet in het hier en nu. Is dat waar?”

Van zo’n vraag zou ik – net als Sabine – ook jeuk krijgen – zeker als natuurkundige. De reden is dat het geen vraag is waarop ik als natuurkundige een strak fysisch onderbouwd bevestigend antwoord kan geven.

Kan de kwantumfysica het overleven van het bewustzijn van de dood aantonen?

Het korte antwoord is nee. Ik heb wel mijn ideeën natuurlijk. Maar of ik als natuurkundige een natuurkundig onderbouwd antwoord kan geven op vragen over het voortbestaan van ons bewustzijn na de dood, dat zou grootspraak zijn. Daar is de hedendaagse natuurkunde ook niet erg geschikt voor. Die is alleen op materie en krachtvelden gericht en alles dient experimenteel bevestigd te kunnen worden. Kom daar maar eens om bij het voortbestaan van uw overleden grootmoeder. Maar er zijn aanwijzingen die relevant zijn.

Informatie is de sleutel

Er is een experimenteel herhaaldelijk aangetoond sterk verband tussen de informatie die een experiment kan opleveren en het gedrag van de waargenomen verschijnselen, zoals de plaats waar een object wel of niet gevonden kan worden. Dat is mijns inziens een sterke aanwijzing dat de waarnemer een belangrijke rol speelt in kwantumverschijnselen. Daar wil ik dan meteen aan toevoegen dat de kwantumwereld niet beperkt is tot verschijnselen op atomaire schaal. Voor zover we op dit moment weten is de wereld kwantum op elke schaal. Waaruit volgt dat we ook op de menselijke schaal een belangrijke rol spelen in het waargenomene.

De kwantumfysica bewijst niet dat bewustzijn onafhankelijk bestaat van het brein, maar – niet onbelangrijk – hij bewijst beslist ook niet het tegendeel. Als iemand dat laatste stellig beweert dan is dat wellicht meer een uitdrukking van zijn of haar geloofsovertuiging, het er-is-alleen-materie geloof. De interpretaties van de kwantumfysica – en dat zijn er nogal wat – die vasthouden aan er-is-alleen-materie en daarom de invloed van de waarnemer er buiten willen laten, schieten bij nadere bestudering tekort in de verklaring van waargenomen verschijnselen of zijn dermate ongeloofwaardig en experimenteel niet verifieerbaar dat ze daarom ook te kort schieten. Een daarentegen voor velen begrijpelijke en consistente interpretatie van kwantumverschijnselen is dat de geest primair is en invloed uitoefent op datgene wat we waarnemen. De geest manifesteert de materie. Zolang je dat niet wil aanvaarden, zelfs niet als mogelijkheid,, blijven de verschijnselen – zoals de kwantumcollaps ofwel de reductie van de kwantumgolffunctie – onbegrijpelijk en mysterieus.

Wat is bewustzijn?

Een definitie van bewustzijn zou kunnen zijn: bewustzijn is dat wat ervaart. Maar dat is wat het doet en niet wat het is. We ervaren zelfs ons eigen bewustzijn en weten niet wat het is. We verwerken informatie die ons bewustzijn binnenkomt en kennen daar betekenis aan toe. Maar veel verder komen we eigenlijk niet met wat het is. Is ons dagbewustzijn ons hele bewustzijn? Niet waarschijnlijk, maar we zijn ons niet bewust van ons onbewuste. Per definitie niet. Het is zeer wel mogelijk dat ons dagbewustzijn maar een klein onderdeel is van dat wat ik bij voorkeur de geest noem. Ons bewustzijn is ook duidelijk een informatieverwerker die betekenis toekent aan ontvangen informatie. In tegenstelling tot bewustzijn is informatie wel een geschikt onderwerp om met een natuurkundige blik naar te kijken.

De niet-materiële kwantumgolf

De kwantumgolf, ook wel toestandsgolf genoemd, is een niet met instrumenten waarneembare golf die alle mogelijke toestanden en het gedrag in de tijd van het object dat we willen waarnemen bevat. Dat er een golf is leiden we af uit het gedrag van de geobserveerde objecten zoals waar die gedetecteerd worden en met welke eigenschappen. Bij waarneming – detectie – manifesteert zich slechts één uit die oneindige hoeveelheid van al die mogelijkheden. Lees eventueel de pagina over de dubbelspleet voordat u hier verder leest. De kwantumgolf is niet materieel aangezien ze niet met instrumenten direct detecteerbaar is, hoewel er veel fysici zijn die aannemen dat dat een tekortkoming van onze instrumenten is die in de toekomst opgelost zal worden. Die houding heet ‘promissory materialism‘.

Informatie beïnvloedt het gedrag van de kwantumgolf.

Het blijkt dat die toestandsgolf zich dynamisch aanpast aan de informatie die het experiment kan opleveren. Verander ik de opstelling qua informatie oplevering dan verandert onmiddellijk de toestandsgolf. Zelfs met terugwerkende kracht. Die informatie hoeft vreemd genoeg niet onmiddellijk bekeken te worden. Beschikbaarheid voor toekomstige verwerking lijkt al genoeg voor het effect. Een goed voorbeeld van hoe de mogelijkheid van beschikbare informatie de kwantumgolf beïnvloedt en hoe dat experimenteel is vastgesteld, leest u in een recent bericht van mij op deze website: Decoherentie en Informatie. De stap van de invloed van beschikbare informatie naar de invloed van de waarnemer, de ontvanger van die informatie ligt voor de hand – waar is informatie anders goed voor dan iemand te informeren? – maar is lastig en wellicht zelfs onmogelijk te bewijzen. Dat doe ik dus niet. Ik laat de overwegingen hieromtrent aan u.

Speelt het bewustzijn van de waarnemer een rol?

Als je uit de invloed van informatie concludeert dat het bewustzijn van de waarnemer het gedrag van de materie beïnvloedt vind ik dat persoonlijk goed verdedigbaar al is het dus strikt genomen onbewijsbaar. Er zijn fysici – zoals Carlo Rovelli – die liever aannemen dat objecten alleen materieel bestaan in hun relatie met elkaar en dat daarmee het waarnemer effect verklaard is. Wat mij betreft een noodsprong.

Als je aannemelijk vindt dat het bewustzijn van de waarnemer het effect op de waargenomen materie veroorzaakt, is de volgende stap niet zo groot en goed verdedigbaar. Het bewustzijn kan dan geen product zijn van het brein aangezien dat ook uit materie bestaat. Ik hoop dat u dat inziet. Bewustzijn is en manifesteert materie. Daarmee is bewustzijn primair, niet materie. Tenzij u het aannemelijk vind dat materie een niet materiële toestandsgolf beïnvloedt en daarmee andere materie manifesteert, zoals Rovelli veronderstelt. Op zijn manier gezien manifesteert het materiële brein dan voortdurend zichzelf. Wat mij betreft een onmogelijke causale lus. Maar zoals al gezegd vind ik Rovelli’s idee een noodmaatregel om het bewustzijn er coûte que coûte buiten te houden.

Het bewustzijn – de informatieverwerker – zou dus geen product van het brein kunnen zijn. Dan kan het dus los van het brein – en eigenlijk ook het hele lichaam – bestaan. Dan is de daaropvolgende stap naar het overleven van het bewustzijn bij de dood van het lichaam natuurlijk ook niet zo groot meer.

Het overlevende bewustzijn

Bovenstaande is beslist geen bewijs in fysische zin, maar wel goed verdedigbaar. Bedenk ook dat geen enkele fysische theorie echt bewezen kan worden maar slechts experimenteel bevestigd of gefalsifieerd. De kwantumfysica bewijst dus echt niet dat het bewustzijn de dood overleeft, maar het verbiedt het beslist niet. Het maakt die mogelijkheid zelfs aannemelijk. Als je dat als mogelijkheid toelaat dan ga je bijzondere ervaringen zoals de nabij-de-dood ervaring (NDE) wellicht in een ander licht zien. Het zou best eens heel goed waar kunnen zijn dat die ervaringen reële ervaringen zijn van een op dat dramatische moment niet of niet sterk aan een lichaam gekoppeld bewustzijn. Beweren dat het ‘gewoon’ niet kan en dat het hallucinaties moeten zijn is in elk geval on-verstandig. Ook on-aardig gezien het feit dat degenen die een NDE hebben meegemaakt er niet meer van af te brengen zijn dat hun ervaring geen hallucinatie was en nu hun angst voor de dood volledig kwijt zijn. We zijn doorgaans prima in staat om achteraf een hallucinatie te herkennen. Elke keer als we wakker worden uit een droom doen we dat feilloos. En dan geeft het geen pas om de mensen die hun persoonlijk beleefde NDE koesteren als een buitengewone maar waarachtige beleving die hun leven op zijn kop heeft gezet, als lijders aan hallucinaties weg te zetten.

A mind is like a parachute, it doesn’t work well if it isn’t open @ Frank Zappa
Iain McGilchrist - “There may be many truths to which one cannot climb by one thread, but only by a rope woven of many strands.”