Ik (her)las een passage in het hoofdstuk ‘Time out of Mind’ in het uitstekende boek ‘The Holographic Universe’ van Michael Talbot – oorspronkelijk gepubliceerd in 1991 en nog steeds een schitterend en prima gedocumenteerd overzicht van wetenschappelijk onderbouwde inzichten over de aard van de werkelijkheid – die mij onmiddellijk herinnerde aan mijn stelling dat we niet alleen materie creëren door waar te nemen maar ook de tijd. Lees ook mijn bericht ‘Schrödingers Stopwatch‘ op deze site. Probeer daarom te volgen wat hier gebeurt. Talbot schrijft:
"At the 1988 Annual Covention of the Parapsychological Association, Helmut Schmidt and Marilyn Schlitz announced that several experiments they had conducted that mind may be able to alter the past as well."
Wat hadden Schmidt en Schlitz onder andere gedaan om deze uitspraak te rechtvaardigen? In een experiment hadden ze door een aselect – dat is willekeurig – gecomputeriseerd proces 1000 verschillende geluidssporen samengesteld en die eveneens op 1000 audiocassettes gekopieerd. Elk geluidspoor bestond uit een achter elkaar geplaatste serie van geluidsfragmenten, elk verschillend van duur en karakter. De helft van de geluidsfragmenten lieten tonen horen die prettig waren om te horen, de andere helft daarvan waren gewoon onprettig lawaaiige ruis. Het computerselectieprogramma koos daarvoor willekeurig uit een database van 100 verschillende geluiden, 50 daarvan prettige tonen, 50 daarvan onaangename ruis.
Belangrijk: De duur van elk fragment was eveneens willekeurig gegenereerd. Het selectieproces was 100% willekeurig, dus de verwachting is min of meer een fiftyfifty verdeling aangenaam/onaangenaam, niet alleen qua aantal maar ook qua lengte van elk fragment.
De 1000 opgenomen cassettes werden per post naar vrijwillig aangemelde proefpersonen verstuurd. Deze kregen de opdracht om bij het beluisteren van de cassette te proberen om de duur van de aangename tonen langer te maken en die van de onaangename juist korter.
Als ze de cassette beluisterd hadden stelden ze Schmidt en Schlitz daarvan op de hoogte, die daarop de originele geluidsporen bekeken. Ze constateerden daarbij dat de originele geluidssporen, waarvan de proefpersonen dus naar de kopie had geluisterd, significant meer stukken met prettig dan stukken met onprettig geluid bevatten. Hun conclusie was dat de proefpersonen het verleden dus hadden veranderd. En dat bevestigt Talbot ook:
"In other words, it appeared that the subjects had psychokinetically reached back through time and had an effect on the randomized process from which their prerecorded cassettes had been made."
Talbot interpreteert dit dus – de beïnvloeding met de geest van de lengte van aselect gekozen geluidsfragmenten uit een database met 50/50 verdeelde aangename en onaangename fragmenten door proefpersonen – als een echt retrocausaal effect, een psychokinetisch terugreiken in tijd waarbij het verleden dus veranderd wordt. Ik heb echter een andere mening die veel te maken heeft met de non-lokaliteit in ruimte én tijd van kwantumverstrengeling.
Het staat niet in de beschrijving in het boek of het aselect genereren van de serie geluidsfragmenten gestuurd werd door een QRNG, maar gezien de andere experimenten van Schmidt is dat zeer waarschijnlijk. Ik ga daar nu even van uit in het volgende.
Ook macro objecten verstrengelen
Niets in de kwantumfysica gebiedt dat verstrengeleng alleen optreedt bij elementaire deeltjes. De meeste kwantumfysici accepteren de mogelijkheid van het verstrengelen van macro-objecten.
Bij het genereren van de serie raakten de QRNG en de geluidscassettes verstrengeld aangezien er nog niet waargenomen was wat er op de cassette was opgenomen. De inhoud van de cassettes – de magnetisering van de ijzerdeeltjes dus – was dus nog steeds een niet ineengestorte kwantumtoestandsgolf. Het fysieke materiaal van de cassettes, waarbij inbegrepen de opnametape, waren daarentegen wel waargenomen dus materieel. De cassettes werden onbeluisterd – hun inhoud niet waargenomen, dus nog steeds verstrengeld met de QRNG – naar de proefpersonen verstuurd. Die verstrengeling strekte zich dus nu aanzienlijk uit over tijd en plaats. Pas bij het beluisteren stortte de verstrengelde kwantumgolf – die niet alleen de waarschijnlijkheden van de magnetisering van de ijzerdeeltjes op de cassette bevatte maar ook die van de door de QRNG gegenereerde elektronische nullen en enen – in zijn geheel in tijd en ruimte in. Pas dan – door de waarneming van de proefpersoon – ontstond de gehele productiegeschiedenis van de inhoud van de tape samen met die inhoud.
Het verleden werd dus niet gewijzigd, dat zou waarlijk retrocausaliteit zijn, maar het verleden werd gecreëerd (vastgelegd) op moment van beluisteren – waarneming dus – door een bewust persoon. Mochten Schmidt en Schlitz overigens geen QRNG gebruikt hebben dan heeft dat alleen maar nog grotere implicaties voor onze ideeën over kwantumverstrengeling.
Feeling the future
Dit doet mij tot slot ook denken aan recentere experimenten die Daryl Bem in 2011 heeft uitgevoerd. Hij merkte ook een ogenschijnlijk retrocausaal effect op, waarbij het verleden leek te worden veranderd door een actie in het heden. Het bestuderen van de antwoorden voor de test – nadat de test al gedaan was – had een meetbaar positief effect op de testresultaten. Die verbeterde testresultaten bevinden zich duidelijk al in het verleden. Maar het is niet het reeds vastgelegde verleden dat veranderd wordt. Het is begrijpelijker en daarom beter aanvaardbaar om het te bekijken als een actie in het heden die wordt beïnvloed door een actie in de toekomst. Deze actie in de toekomst bevindt zich (nog) buiten tijd en plaats zoals wij die ervaren en bevindt zich als potentieel in de verstrengelde kwantumtoestandsgolf. De toekomst bestaat dus al als mogelijkheid in de kwantumtoestandsgolf en kan van daaruit het heden beïnvloeden. Dat is wat mij betreft een mogelijke verklaring voor voorspellende dromen, die ook niet altijd hoeven uit te komen.
Ir. Paul J. van Leeuwen MSc studeerde af in de technische natuurkunde in 1974 aan de TU Delft. Kwantumfysica was nog geen onderdeel van zijn curriculum toen. Hij behaalde tijdens zijn werk in de automatisering in 1993 een master of science in kennistechnologie bij het CIBIT verbonden aan de Utrechtse universiteit.
Veel later in zijn carrière ontdekte hij de kwantumfysica en haar connectie met informatie en bewustzijn. Na zijn pensionering startte hij postacademische cursussen in kwantumfysica, informatie en bewustzijn.
De inhoud van zijn cursussen is samengevat in zijn boek ‘Kwantumfysica, informatie en bewustzijn’. Dit boek is ook in het Engels gepubliceerd onder de titel: ‘Quantum Physics is NOT Weird’.
Op deze wijze kan nog eens naar Daryl Bem’s experimenten worden gekeken.
Dat is ook een effect waarbij het verleden aangepast lijkt te worden door een actie in het nu. Maar als je goed kijkt wordt het reeds vastgelegde verleden niet aangepast. Je kunt het beter bekijken alsof een actie in het heden wordt beïnvloed door een actie in de toekomst. Zijn publicatie ‘Feeling the Future’is hier te vinden: https://www.apa.org/pubs/journals/features/psp-a0021524.pdf